Ga direct naar de hoofdinhoud van deze pagina.

Civiel ingenieurs vaker zelf voor de klas: ‘Kennis nodig om klimaatdoelen te halen’

Steeds minder studenten van de opleiding built environment kiezen voor de richting civiele techniek. Jammer, zegt Maikel Schroën, want die mensen zijn keihard nodig om bijvoorbeeld de klimaatdoelen te halen. Daarom richtte hij de stichting Bouwers van Kennis op.

Maikel Schroën (36) weet nog precies wat hij zag tijdens de open dag van de opleiding civiele techniek, een jaar of veertien geleden. Water-, beton- en asfaltlaboratoria en landmeetapparatuur. „Toen wist ik precies wat ik ging leren tijdens die studie. Alles wat te maken heeft met de aanleg van bruggen, tunnels, dijken maar ook riolering en andere leidingen.”

De studie civiele techniek zoals die toen was, bestaat niet meer. Ze is onderdeel geworden van de bredere opleiding built environment. En voor de richting civiele techniek kiezen studenten van Zuyd Hogeschool steeds minder vaak. Het is een landelijke trend.

Klimaat

Zeer verontrustend, zegt Schroën tegenwoordig mede-eigenaar van Consul Infra Group BV in Heerlen. „We staan immers voor enorme opgaven zoals klimaatadaptatie en de energietransitie. Dat is voor een groot deel civiele techniek. Denk aan de overstromingen van afgelopen zomer, ook bij het beheersen van dat probleem komt civiele techniek kijken. Er zijn in heel Nederland alleen al duizenden constructies, zoals bruggen met achterstallig onderhoud. Sommige worden dan zelfs tijdelijk afgesloten. Onze infrastructuur moet gewoon in orde zijn, daar draait de economie op. Maar wie gaat al dat werk doen?”

Nederland is het land dat wereldwijd bekend is van de waterbouw, de deltawerken en de landaanwinning in Dubai. Maar steeds minder studenten kiezen binnen built environment de specialisatie civiele techniek, constateert Schroën. Volgens hem waren dat er alleen al bij Zuyd Hogeschool in 2011 nog 25 en in 2020 nog maar 10. Hij schat dat er elk jaar, bij aannemers, ingenieursbureaus en gemeenten, mede door de vergrijzing werk is voor zeker dertig nieuwe civiele ingenieurs. Maar die zijn er dus niet.

HTS

In de tijd van de HTS, de Hogere Technische School, bestond er nog een aparte opleiding civiele techniek. „Een hardcore rekenstudie met laboratoria. Het is aan Zuyd te danken dat de profilering civiele techniek is blijven bestaan, al is het dan binnen die brede technische opleiding”, zegt Schroën.

Joost Rijkers, opleidingsmanager built environment bij Zuyd Hogeschool snapt de zorgen van Schroën. „Natuurlijk wil hij civiele ingenieurs met hele specialistische kennis maar wij proberen juist onze studenten op te leiden als professionals om vijftig jaar te kunnen werken. Dat doet we bijvoorbeeld met een brede propedeuse. Daarna kiezen de studenten, na stages en projecten, hun richting. Het leren leren en jezelf blijven ontwikkelen vinden we daarbij heel belangrijk. Want je kunt je ook afvragen of die specialistische kennis over tien jaar nog wel actueel en relevant is.”

Technische opleidingen krijgt extra geld uit Den Haag omdat ze meestal duurder zijn dan bèta-studies. „Daarbij vragen wij ons ook af of we daarvan bijvoorbeeld een asfaltlaboratorium moeten bouwen dat we maar een paar keer per jaar gebruiken”, zegt Rijkers. „Liever werken we dan met andere hogescholen samen of gaan we op excursie naar het bedrijfsleven.”

Omdat Maikel Schroën niet alleen maar wil roepen dat het civieltechnisch onderwijs belangrijk is, heeft hij vorig jaar met zijn compagnon Iwan Paffen de stichting Bouwers van Kennis opgericht. Bouwbedrijven kunnen tijd of kennis doneren om de opleiding te ondersteunen. Zijn eigen bedrijf stort twintig procent van de winst in die pot. Bedrijven als KWS, Habenu van de Kreeke en Royal Haskoning DHV doen ook mee. „We hebben bijvoorbeeld de veiligheidscursus VCA voor studenten betaald. Die zat vroeger in de opleiding maar is om budgettaire redenen geschrapt. Maar zonder VCA mag je veel bouwplaatsen niet op.”

Geadopteerd

De bij de stichting aangesloten bedrijven hebben bij Zuyd verschillende vakken geadopteerd. Zij geven, in samenspraak met het onderwijs, regelmatig les aan de studenten en bepalen samen de inhoud. „De bedrijven kunnen iets toevoegen aan de kwaliteit en krijgen bovendien zelf een beter beeld van de studie en de studenten”, zegt Schroën die zelf ook al voor de klas heeft gestaan. „We willen er samen alles aan doen om de opleiding zo goed mogelijk te laten aansluiten op de praktijk.”

Joost Rijkers zegt blij te zijn met de stichting Bouwers van Kennis. „Studenten leren direct vanuit de praktijk, ze krijgen een goed beeld van het werk en hun kennis blijft actueel. We hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid om studenten goed op te leiden.”

Hans Brouwers directeur van Brouwers Adviesgroep in Roermond heeft ook al voor de klas gestaan. „De nood is hoog, het is hartstikke moeilijk om goede mensen te vinden die les willen geven. Ik ben blij dat Maikel het initiatief genomen heeft. Wij zien zeker het belang van voldoende afstudeerders. Het is een vicieuze cirkel. Steeds minder studenten, betekent minder geld van de overheid, dat worden practica en bedrijfsbezoeken geschrapt en zo wordt de studie weer minder aantrekkelijk.”

Brouwers, die ook les geeft op het mbo waar de nood al net ze hoog is, vond het leuk om de studenten te onderwijzen. „Ik had een hele volle klas en er kwamen veel vragen.” Of de hele groep straks kiest voor een toekomst in de civiele techniek, is afwachten. „Ik heb in elk geval mijn enthousiasme voor het vak kunnen overbrengen.”

Bron: De Limburger

Wil jij ook bijdrage aan het verdiepen en verbreden van het technisch onderwijs? Neem dan contact met ons op!